2 minute read

Wilhelmina Fritz 1844 x Louis Aarsse 1843

Aarsse.gif

De familie Aarsse

aarsse_fritz_1907 1907, 4 maart. Grootmoeder en Grootvader Aarsse-Fritz met hun kleinzoon Louis Hahn.
aarsse_fritz_1899_strand De familie Aarsse-Fritz op het strand in Scheveningen. 1899. In de strandstoelen Oma en Opa Aarsse-Fritz. Daarvoor tante Jet (Aarsse), Oma (Jo Aarsse) en Oom Charles.

Louis Johan Jacobus Aarsse, 1843-1926, was huisschilder en glazenmaker van beroep.

Zijn zaak lag aan de Paviljoensgracht in Den Haag. Hij had in Den Haag de middelbare school afgelopen en was daarna naar de Tekenacademie gegaan, net als zijn vader Lourens Aarsse. Lourens, ook wel Louw Aarsse of Aersse genoemd, kwam uit Middelburg (papieren bij Robert Aarsse). Hij moest indertijd een bewijs van goed gedrag afleggen anders mocht hij zich niet in Den Haag vestigen. De zuster van Lourens, Tante Jeanne, was zeer muzikaal. Zij was zangeres en vriendin van mevrouw Bosboom Toussaint. Tante Jeanne gaf de toon aan tijdens concerten: als zij klapte, klapten de anderen ook.

jet_aarsse_1899 1899 Scheveningen. Tante Jet Aarsse als onderwijzeres (juffrouw Aarsse) achterin dit groepje. [met hoedje met zwart veer in Scheveningen.]

De drie tantes: Jeanne, Kato en Mina woonden in bij hun neef Louis Aarsse, in het huis aan de Nieuwe Uitleg. Tante Kato, ook wel Koosje genoemd, was half blind. De familie Aarsse-Fritz heeft in Den Haag in verschillende huizen gewoond, o.a. in de Spuistraat. Het huis aan de Nieuwe Uitleg was een heel lang huis met een binnenplaatsje. Achter het binnenplaatsje lag de keuken. Oom Charles zou eens een demonstratie geven hoe een pannekoek in de lucht om te keren, maar de pannekoek verdween in de wasemkap en is nooit meer teruggezien. Het was de gewoonte dat de tantes naar beneden riepen: “Krijgen we nog een kopje thee?” De tantes deden ook aan tafeldansen. Tijdens een séance waar Oma Jo Hahn aanwezig was riep die, net toen het spannend begon te worden: “Krijgen we nog een kopje thee?”. De tafel kwam met een grote plof neer en wou daarna niet meer dansen.

Louis Aarsse was vooral schilder van heraldiek. Hij schilderde o.a. de wapenschilden van het kasteel Doorwerth bij Oosterbeek (zijn schilderdoos en palet zijn in het bezit van Robert). Grootmoeder en grootvader Aarsse-Fritz kregen vijf kinderen: Louis, Charles, Johanna, Henriëtte en Guus.

Oom Louis (1872) heeft aan de kant van de Boeren gevochten in de Boerenoorlog. Eén van de vlaggen die hij daarvan terugbracht schonk hij aan de eerste Nederlandse Voortrekkersgroep van de Padvinderij (Opa Louis zat in die groep).

charles_en_lout_aarsse roderic_aarsse
Charles en Lout Aarsse Roderic Aarsse

Oom Charles (1875) was referendaris bij de Rekenkamer in Den Haag.

Oom Charles en Tante Cor waren beiden lid van de Haagse Kunstkring. Zij zongen beiden, vooral in operettes. Tante Cor zong mezzosopraan: zij had een mooie stem.